De peetvader van de maffia ontdekt dat zijn boekhouder hem heeft opgelicht voor 5 miljoen euro.
De boekhouder is doof, en dat was een van de voornaamste redenen waarom hij de job kreeg, hierdoor zou hij namelijk nooit iets kunnen getuigen.
De peetvader laat zijn advocaat komen die gebarentaal kent.
De peetvader vraagt: "Waar is de 5 miljoen die je van mij gestolen hebt?"
De advocaat vraagt aan de boekhouder, via gebarentaal, waar hij het geld verstopt heeft.
De boekhouder gebaart terug dat hij niet weet waarover hij het heeft, en de advocaat vertaalt dit voor de peetvader.
De peetvader haalt een pistool tevoorschijn, plaatst het tegen de slaap van de boekhouder, en zegt: "Vraag het hem nu nog eens."
Waarop de advocaat gebaart naar de boekhouder: "Hij vermoordt je als je niet vertelt waar het geld is!"
De boekhouder antwoordt: "Ok, ok, ik geef toe, het geld zit in een zwarte koffer, in het tuinhuis van mijn moeder."
"Wel," vraagt de peetvader aan de advocaat, "Wat heeft hij geantwoord?"
De advocaat antwoordt: "Hij zegt dat je niet durft te schieten."